Goflexers Urrel en Casper in de prijzen bij Lage LandenLaswedstrijd

In het voetbal troffen de Rode duivels en Oranje elkaar al 125 keer. Maar een Derby op het gebied van lastechniek was er nooit. Tot 6, 7 en 8 november 2012, tijdens de verbindingsweek gingen de Nederlandse en Belgische lassers met elkaar de strijd aan.

Verbindingsweek 2012. Achterin de Evenementenhal in Gorinchem is een extra grote stand ingericht met zeven lascabines en een slijpcabine. In deze arena gebeurt het: de allereerste Lage landen laswedstrijden. Dertig Belgen en Nederlanders tussen 18 en 30 jaar die over minimaal NIL-diploma niveau 3 beschikken, maken hier een werkstuk dat wordt beoordeeld

door de NIl-examinatoren Theo van Eek en Wim Knoop. Het deelnemersveld bestaat uit vijftien MAG-lassers, negen TIG-lassers en zes BMBE-Iassers. Toegestroomd publiek staat keurig op afstand achter een speciale omheining. "We letten er ook op dat er vanuit de toeschouwers geen aanwijzingen worden gegeven aan de  deelnemers", zegt Roger van den Brekel, lastechnisch adviseur van het NIL. "Dat heeft gevolgen voor de puntentelling." Naast het houden van toezicht op het publiek helpt hij de kandidaten bij storingen. Van den Brekel was ook verantwoordelijk voor het ontwerp van het werkstuk. Hij tovert een minuscuul plakbandhoudertje uit zijn broekzak. "Er zitten mooie rondingen en lasposities in en het heeft verschillende diktes", licht hij toe.

Lezen van tekening

"Het was niet super moeilijk", zegt Billy Abrahamsen uit Den Helder terwijl hij zijn cabine uit komt. "Op mijn werk bij Multimetaal krijg ik tekeningen die ingewikkelder zijn." Goed vooruit kunnen denken vindt hij één van de belangrijkste criteria voor succes. "Als je dat niet doet loop je grote kans dat je een spiegelbeeld maakt." Volgens jurylid Wim Knoop slaat Abrahamsen de spijker op z'n kop. "Over het algemeen is het niveau niet slecht", oordeelt de ervaren examinator. "Maar wat me tijdens deze driedaagse derby opvalt is dat veel deelnemers tekortschieten op het gebied van het lezen van tekeningen." Hoe hij dat weet? "Als ergens op het werkstuk een bolle las moet zijn en ik zie dat hij niet bol maar vlak is, dan weet ik dat dit een kwestie van tekeninglezen is." Collegajurylid Theo van Eek is het eens met Knoop. "Maar we beoordelen niet alleen op het lezen vanaf tekening hoor."

Ondertussen is ook Pieter-Jan Van Hulle uit Brugge klaar met de opdracht. Van Hulle  behaalde in februari van dit jaar een fraaie tweede plaats in het algemeen klassement van Skills Belgium. Hij is daarom zeker een kanshebber op de eerste plaats in het eindklassement van deze derby. Zelf twijfelt hij daar echter aan: "Het had constanter gekund", blikt de TIG-lasser terug. "Ik was gewoon nieuwsgierig en wou weten hoe het was om aan zo'n wedstrijd mee te doen", verklaart hij zijn deelname. "We hoorden ervan via onze werkgever. Die gaf ons de gelegenheid om mee te doen en daar maakten we graag gebruik van. Ik vind het leuk om mijn vaardigheden te testen tussen andere mensen. Jammer dat het wat minder ging, normal las ik beter."

lastechnisch adviseur Arjen Woudenberg van het NIl is verantwoordelijk voor de organisatie van deze lage Landen Laswedstrijden. "Het NIl en het BIL organiseren al langer gezamenlijk symposia. Zo kwamen we op het idée voor een wedstrijd tussen Nederland en België."

Voor het promoten van de interland en het werven van sponsors heeft Woudenberg zich honderd procent ingespannen. "Wat me opviel was het enthousiasme in België. Op dat gebied hebben de Belgen ons in elk geval verslagen, want de animo onder hen was groot. Na mijn uitleg over de wedstrijd bij het VCl (Vervolmakingscentrum voor lassers) in Brussel was het enthousiasme onder docenten enorm. Die hebben de vonk doen overslaan naar de

jongeren." Toch was het Nederland die de interland won. In twee van de drie categorieën prijkt een Nederlander bovenaan. Een kleine revanche op de 4-2 nederlaag van Oranje tegen de Belgen, die 15 augustus werd gespeeld ...